Exponentiële en logaritmische vergelijkingen
Leerstof onder andere voor:
[math]\oplus[/math] ingangsexamen geneeskunde
Exponentiële vergelijkingen met eenzelfde grondtal:
Exponentiële vergelijkingen met verschillend grondtal:
drieterm
Logaritmische vergelijkingen:
Oefening 1
Als gegeven is [math]e^{2x+6}=9[/math], dan geldt:
[math]x=\ln(3)-9[/math]
[math]x=\frac{1}{2}\ln(9)-\ln(3)[/math]
[math]x=\ln(3)-3[/math]
[math]x=\ln(\sqrt{3})[/math]
Oefening 2
De oplossing van de vergelijking [math]e^{3x+1}=8[/math] is:
[math]\ln(2)-\frac{1}{3}[/math]
[math]x=\frac{1}{3}\ln(2)-1[/math]
[math]\ln(8)-\frac{1}{3}[/math]
[math]\frac{1}{3}\ln(8)-1[/math]
Oefening 3
Voor welke van de onderstaande vergelijkingen is [math]x=\ln(3)[/math] een oplossing?
[math]\sqrt{e^x}=e^{\sqrt{3}}[/math]
[math]3e^{2x}+12=30[/math]
[math]e^{3x+1}-28=0[/math]
[math]e^{2x}=9[/math]
Oefening 4
Los volgende vergelijking op:[br][math]2\cdot\log_4(x)-\log_4(x-1)=1[/math]
[math]\log_4\left(\frac{x^2}{x-1}\right)=1[/math][br][math]\frac{x^2}{x-1}=4[/math][br][math]x^2-4x+4=0[/math][br][math]x=2[/math] en controle ook OK
Close
Check
Try again
Information: Exponentiële en logaritmische vergelijkingen