Driehoek tekenen

Hieronder zie je driehoek ABC die met behulp van cirkels wordt geconstrueerd, om de gewenste (zelf te kiezen) afmetingen te krijgen.

Vraag 1) Neem a=5, b=4 en c=6. Leg uit wat er gebeurt. Geef daarbij ook aan hoe lang elk lijnstuk van de gevormde driehoek is. Is dat toeval? Vraag 2) Wat gebeurt er met punt C als je de a-waarde groter maakt? En wat als a gelijk is aan 10? Vraag 3) Maak nu a, b en c gelijk aan elkaar. Wat valt je op bij de driehoek die ontstaat? Hoe heet deze driehoek denk je? Vraag 4) Waarom is er bij het construeren van driehoek ABC gekozen voor het bovenste snijpunt van de cirkels? Vraag 5) Neem a=2, b=3 en c=7 en leg uit waarom er geen punt C te vinden is.

Haakjes wegwerken

Hier kun je oefenen met het wegwerken van haakjes.

Verhoudingstabellen

Hieronder zie je twee verhoudingstabellen. Tabel 1 is volledig ingevuld, tabel 2 heeft enkele lege vakjes. Met de knop 'vernieuw' komen er nieuwe getallen in beide tabellen te staan. Gebruik te tabellen voor het beantwoorden van de vragen hieronder.

Vraag 1) Leg uit waarom tabel 1 een verhoudingstabel is. Vraag 2) Druk op de vernieuw knop. Is tabel 1 nu ook een verhoudingstabel? Zo ja, wat is de verhouding? Vraag 3) Vul verhoudingstabel 2 verder in. Leg uit hoe je dit gedaan hebt.

Introductie driehoeken

Hieronder zie je 4 lijnstukken met gegeven lengte. De lengte is niet aan te passen. Aan de uiteinden van elk lijnstuk staat een punt. Met deze punt kun je de lijn verplaatsen (linkerpunt) of draaien (rechterpunt).

Opdracht: Maak met 3 lijnstukken een driehoek. Er zijn verschillende combinaties mogelijk. Vindt de combinaties waarmee je een rechthoekige driehoek kunt maken. Schrijf deze combinatie(s) op. Vraag: Is het mogelijk om met een combinatie lijnstukken waarmee je een rechthoekige driehoek hebt kunnen maken, ook een andere driehoek te maken? Vraag: Wat kun je hieruit concluderen?

Information