We veronderstellen hier dat de discrete gegevens ingevoerd zijn bij [i]Tabel[/i] van de [i]Grafische rekenmachine[/i] in de kolom [math]y_1[/math].[br][br]Maak eerst en vooral een lijst met de verschillende waarnemingsgetallen (leeftijd) en een lijst met de bijhorende absolute/relatieve frequenties (aantal). Kies de breedte van jouw staven (breedte). Dit hangt af van jouw waarnemingsgetallen.[br][br]Met S[i]taafdiagram(leeftijd, aantal, breedte)[/i] maak je een staafdiagram met de gekozen breedte voor de staven. Met de instellingen pas je het tekenvenster aan. Zo kan je ervoor zorgen dat de y-as niet door de oorsprong getekend wordt, maar bijvoorbeeld door punt (16,0).
Je kan dit hieronder uittesten met de dataset [i]Leeftijden.[/i]