Onderstaande applet illustreert de stelling van Pythagoras. Je ziet dat de som van de kwadraten van zijden AB en BC gelijk zijn aan het kwadraat van zijde AC in een rechthoekige driehoek. Nu zitten er aan de zijden van de driehoek vierkanten. Als je een andere regelmatige veelhoek aan de zijden plakt is de som van de twee kleinste veelhoeken gelijk aan de grootste veelhoek. Hoe komt dit nou? Je kan het aantal veelhoeken door de schuifknop N te gebruiken.