1. Verander met de slider de grootte van hoek [math]\alpha[/math]. Beschrijf wat er gebeurt met de verhouding tussen de lengte van de boog en de straal.[br]2. Verander de straal van de cirkel door punt A te verplaatsen: wat gebeurt er nu met de verhouding tussen lengte en straal?
De verhouding tussen de lengte van de boog en de straal bepaalt hoe groot de hoek in de oorsprong is. We kunnen dus deze verhouding als nieuwe hoekmaat nemen met als eenheid radialen. [br]Merk op dat in de eenheidscirkel de grootte van de hoek in radialen gelijk is aan de bijbehorende booglengte.