Draai je een rondboog horizontaal rond zijn top helemaal rond, dan krijg je een bolvormige koepel.

Hét topvoorbeeld uit de Romeinse bouwkunst is het Pantheon in Rome. Marcus Agrippinus bouwde in 27 v.Chr. een klassieke Romeinse rechthoekige tempel en liet traditiegetrouw zijn bijdrage tot het Romeinse bouwerfgoed vereeuwigen in het opschrift boven de ingang.[br]In 120 n.Chr. verbouwde keizer Hadrianus de tempel en bouwde er een ronde tempel aan, overdekt met een koepelgewelf.

Slechts op luchtfoto's en tekeningen krijg je een goed zicht op het geheel en op de koepel.

Trek je op de doorsnede van het gebouw de halve cirkel van de koepel door naar onder, dan vormt het Pantheon één geweldige bol met een diameter van 43,3 m.[br]Wat voor een boog geldt, geldt natuurlijk ook voor een bolvormige koepel. De enorme overspanning genereert enorme horizontale spatkrachten. [br][list][*]Men probeerde ze te beperken door het gewicht van de koepel zo laag mogelijk te houden. In de betonconstructie werd lichte puimsteen verwerkt. Door de binnenzijde van de koepel uit te voeren met cassettes spaarde men materiaal uit.[br][/*][*]Om de spatkrachten op te vangen werden de zijmuren van het Pantheon 6 m dik gemaakt.[/*][/list]