Over de constructie van decoratieve patronen is er meer speculatie dan historische kennis. Er zijn tekeningen overgeleverd (zoals bv. in de Topkapirol) maar we weten b.v. niet welke rol het patroon van onderliggende veelhoeken speelde in het ontwerpproces of het constructieproces.[br]De constructie van de eenheidstegel werd ons wel overgeleverd in een deocument dat bewaard wordt in de Bibliothèque Nationale in Parijs.[br]Professor Jan Hogendijk publiceerde in het artikel [url=http://www.jphogendijk.nl/publ/Ornamentiek.pdf]Middeleeuwse Islamitische geometrische ornamentiek[/url] de vertaling van deze stapsgewijze constructie. In onderstaande applet volgen we met Hogendijks vertaling de opbouw van het basismotief.
foto van het historisch document
De eenheidstegel wordt daarna verder gedupliceerd door spiegeling rond de zijden.
De twee zeshoekige types onderliggende tegels zijn in het uiteindelijke gerealiseerde patroon niet te zien. Het gaat niet over tegels die apart werden gebakken of uitgehakt en bij de realisatie aan elkaar geplakt. Ook zijn ze, strikt gezien, niet eens nodig omdat je het uiteindelijke ontwerp gewoon kunt realiseren door de eenheidstegels te dupliceren, zoals hierboven getoond. Wat dan de uiteindelijke rol van het onderliggend tegelpatroon en/of de eenheidstegels is, daarover zijn wetenschappers het niet eens.[br]Wat wel duidelijk is, is dat het decoratief patroon echt op maat van het boogveld ontworpen werd.
tekening: Goossen Karssenberg
Ga je vanaf de top van de boog naar beneden, dan zie je hoe de rechtopstaande, puntige veelhoeken de rand van de boog volgen en ook de schuingeplaatste veelhoeken buigen volgens de rand van de boog naar de top. Kijk je naar de linkse tekening, dan zie je in het onderste, rechthoekige deel van de boog twee deinende lijnen van vormen die zowel van hoogte als breedte perfect passen in de boog.[br]De ontwerper slaagt er dus in om regelmatige zevenhoeken, waarvoor geen exacte passerconstructie bestaat, op een heel natuurlijke manier te integreren in een boogvorm, dat het lijkt alsof hij gewoon vierkanten naast elkaar plaatst en maakt daarbij op een of andere manier gebruik van een eenheidstegel en van een onderliggend patroon van slechts twee zeshoekige tegeltypes. [br]Het is boven alles dit contradictorische 'creatieve virtuoze gemak' van de ontwerper dat verbazing en bewondering wekt en je uitnodigt om de schijnbaar eindeloze variaties in deze middeleeuwse patronen te bestuderen.