De bevolking op een zeker continent bestaat uit 50% mannen en 50% vrouwen. De lengte van de mannen is normaal verdeeld, met gemiddelde 180 cm en standaardafwijking van 5 cm. De lengte van de vrouwen is ook normaal verdeeld, met gemiddelde 170 cm en standaardafwijking 10 cm. Twee personen worden lukraak gekozen. De kans dat beide personen minstens 180 cm groot zijn[br]A is groter dan of gelijk aan 9% maar kleiner dan 10%[br]B is groter dan of gelijk aan 10% maar kleiner dan 11%[br]C is groter dan of gelijk aan 11% maar kleiner dan 12%[br]D is groter dan of gelijk aan 12% maar kleiner dan 13%
Volgende situaties voldoen [br]P((M en >180) en (M en >180))=(1/2)(1/2)*(1/2)(1/2)=1/16[br]P((M en >180) en (V en >180))=(1/2)(1/2)*(1/2)(16/100)=8/400 (en nogmaals maal 2 voor de situatie VM)[br]P((V en >180) en (V en >180))=(1/2)(16/100)*(1/2)(16/100)=64/10000[br]Samen opgeteld geeft dit 1089/10000, dus antwoord B