De positie van een puntdeeltje wordt gegeven door [math]x(t)=0,2t^2+0,1t[/math]. Hierin is x in meter en t in seconden met [math]t\geq 0[/math].[br]a) Bereken de gemiddelde snelheid in het interval [1,3][br]b) Geef de formule van de snelheid v van het voorwerp[br]c) Bereken de snelheid op t=4[br]d) Hoeveel m/s is de snelheid toegenomen op het interval [4,5]? En op het interval [5,6]?[br]e) Licht toe dat op elk interval [t,t+1] de snelheid evenveel toeneemt
a) 0,9 m/s[br]b) v(t)=0,4t+0,1[br]c) 1,7 m/s[br]d) 0,4. Eveneens 0,4[br]e) afgeleide v(t)=a(t)= 0,4