De functie f (x) = x[sup]3[/sup] - 3x + 2[color=#800000][b] [/b][/color]heeft als afgeleide functie f '(x) = 3x[sup]2[/sup] - 3[color=#800000][b].[/b][/color][br]Je kunt nu ook de afgeleide berekenen van de afgeleide functie. Je spreekt dan van de tweede afgeleide.[br]Bekijk nu het tekenschema van deze nieuwe functie f "(x) = 6x.
- waar f " (x) negatief is: ] - [math]\infty[/math] , 0 [ is de grafiek van f (x) bol naar boven[br]- waar f " (x) positief is: ] 0 , + [math]\infty[/math] [ is de grafiek van f (x) hol naar boven[br]- waar f " (x) = 0[color=#800000] [/color]is en van teken verwisselt: x = 0, spreek je van een buigpunt[br]Verander het voorschrift nu in f(x) = x[sup]4[/sup]. [br]Een nulpunt van de tweede afgeleide is niet noodzakelijk een buigpunt van de functie.[br][b]Een functie bereikt een buigpunt als de tweede afgeleide wisselt van teken.[/b]