Als men a=1 neemt, krijgt men de vergelijking 1y=x. In deze vergelijking kan x enkel 1 uitkomen, ongeacht de waarde van y. We kunnen y hier niet eenduidig bepalen, wat een noodzakelijke voorwaarde is voor een functie.[br][br]Als men a=0 neemt, krijgt men de vergelijking 0y=x. In deze vergelijking kan x enkel 0 uitkomen, wat niet behoort tot het domein van de logaritmische functie. Ook het feit dat we y weer niet eenduidig kunnen bepalen speelt een rol.

]0,1]

We kunnen de logaritmische functie omvormen naar de exponentiële functie ay=x. [size=100]Als x tussen de 0 en 1 moet liggen, kunnen we deze schrijven als een breuk. De enige manier dat ay een breuk uitkomt is als y een negatief getal is.[/size]

[1, +oneindig[

We kunnen de logaritmische functie omvormen naar de exponentiële functie ay=x met a een waarde tussen 0 en 1. Dit betekend dat we a kunnen schrijven als een breuk. [size=100]Als x groter dan 1 moet zijn, kunnen we dit enkel bekomen met een negatieve exponent.[/size]