Veronderstel dat de continue gegevens ingevoerd zijn bij [i]Tabel[/i] van de [i]Grafische rekenmachine[/i]. In [math]y_1[/math] vinden we de ondergrenzen van de klassen, in [math]y_2[/math] vinden we de bovengrenzen van de klassen en in [math]y_3[/math] de bijhorende absolute frequenties. Stel dat er n waarnemingsgetallen zijn.[br][br]GeoGebra voorziet voor een ogief vanuit een frequentietabel geen commando. We moeten dus handmatig aan de slag.[br][list][*]We maken een lijst van cumulatieve frequenties in de kolom [math]y_4[/math]. Spijtig genoeg is dit handmatig werk. [br][/*][*]We voegen vooraan deze lijst een 0 toe en krijgen zo de lijst CAF: Unie({0},[math]y_4[/math])[br][/*][*]We maken ook een lijst van grenzen aan: grenzen = Unie([math]y_1[/math], [math]y_2[/math])[/*][*]Met [i]Lijngrafiek(grenzen, CAF)[/i] tekenen we het ogief.[/*][*]Wil je ook effectief de punten zien, dan tik je (grenzen, CAF) in in het algebravenster.[/*][/list][br]Uiteraard kan je dezelfde werkwijze volgen wanneer in [math]y_3[/math] de relatieve frequenties te vinden zijn. Dan krijg je een ogief op basis van cumulatieve relatieve frequenties.
Je kan dit hieronder uittesten met de dataset [i]Kogelstoten.[/i]