Nog een extraatje over hoeken:[br]Wanneer je een punt versleept op een goniometrische cirkel verandert 360° in 0°. [br]Je kunt dus niet tonen waar de beeldpunten van hoeken van meer dan 360° liggen, tenzij...
[list][*]Definieer een parametrkromme a met het commando [b]Kromme(cos(t), sin(t), t, 0, 360° * 10)[/b].[br]Dit is gewoon een kromme die 10 keer ronddraait op een goniometrische cirkel.[/*][*]Creëer een punt P op deze kromme: [b]P = Punt(a)[/b].[/*][*]Bepaal het getal Parameter = PadParameter(P).[br]PadParameter is een getal van 0 tot 1 dat de ligging van een punt aangeeft op een kromme.[br]Bij een hoek van 0° wordt het gelijk aan 0, bij 3600° is het gelijk aan 1.[br]Deze parameter kan je nu terugrekenen naar een hoek van 0 tot 3600°.[/*][*]Definieer [b]hoekplus = [/b][b]Parameter * 10 * 360° [/b]na afronding[b] hoekplusrond= round(hoekplus).[br][/b]Versleep je nu het punt P voorbij 360° dan zal hoekplus verder blijven tellen.[/*][*]In een exta tekst kan je tonen met welke hoekgrootte < 360° het punt op de cirkel overeenkomt.[br][b]k = [/b][b]floor(hoekplusrond / (360°))[br]hoekrest = [/b][b]hoekplusrond - k * 360°[/b][br]Het punt op de goniometrische cirkel komt dus overeen met een hoek gelijk aan hoekplus,[br]maar ook met een hoek gelijk aan [b]hoekrest + k . 360°[/b].[/*][*]Met een actieknop met scripting commando [b]SetValue(P, (1,0))[/b] plaats je P terug in zijn startpositie.[/*][/list]