Bij een cilinderprojectie wordt het aardoppervlak afgebeeld op een cilinder rond de aardbol. Plooi je daarna de cilinder open, dan krijg je een rechthoekige kaart.[br][list][*]De linker- en rechterrand van de kaart sluiten op elkaar aan.[/*][*]De breedte van de kaart komt overeen met de omtrek van de aardbol. [/*][*]De meridianen verschijnen als evenwijdige verticale lijnen op gelijke afstand van elkaar.[/*][/list]
In cylindric projections the globe is projected on a cylinder winded around the globe. After unwinding the cylinder you get a rectangular map.[br][list][*]The right and left adge of the map fit to each other.[/*][*]The width of the map equals the perimeter of the globe. [/*][*][code][/code]The meridians appear as equidistant parallel lines.[/*][/list]
Het beeld van een punt op de aardbol wordt bepaald door loodrechten vanuit de centrale as van de cilinder naar de cilinderwand. Rechts zie je de breedtegraden afgebeeld op gelijke afstand van elkaar.[br][list][*]Welk deel van de aarde wordt afgebeeld?[/*][*]Welke vervormingen verwacht je in de projectie als je projectie vergelijkt met equidistante breedtegraden?[/*][/list]
Points on the globe are pictured on the cylinder by orthogonal lines from the central[br]axis of the cylinder towards the cylinder wall. On the right you can see equidistant latitudes.[br][list][*]Which part of the globe is pictured?[/*][*]Which distortions do you expect if you compare it with the equidistant latitudes?[/*][/list]